WOONDROOM
Soms brengen je gedachten je naar de toekomst.. En dat was ook nu het geval; ik had ineens de onverklaarbare neiging om inspiratie te gaan opdoen voor mijn huisje later. Niet dat dat moment al in zicht is, ik woon hier nu nog prima, maarr een beetje voorpret is altijd leuk! Een beetje zoeken en bladeren in woonmagazines brengt je al een heel eind. Het gaat natuurlijk nog maar om inspiratie.
Ik houd wel van een beetje artistiek, met lichte, warme kleuren. Ook vind het erg leuk als er wat andere, vreemde culturen om de hoek komen kijken. Zo heb ik nu in mijn kamer ook een aantal souvernirs uit landen waar ik ben geweest, die het geheel tot een bonte verzameling maken!
Met hierboven een speelse knipoog naar andere culturen.
Hierin komen de zachte, warme kleuren terug die ik belangrijk vind. Daar krijg je aangenaam gevoel van, toch?
Maarr, het kan natuurlijk zo zijn dat ik over een jaar of drie totáál iets anders voor ogen heb. Ik ben nogal wisselvallig wat dat soort dingen betreft, dus het zou zomaar kunnen. Misschien heb ik dan wel zó’n hectische studententijd achter de rug dat ik voorlopig alleen nog maar behoefte heb aan rust, kalmte en licht…
De kunst is denk ik om een interieur zó te combineren dat alles terugkomt wat je graag wilde zien. In ieder geval is er genoeg leuke inspiratie te vinden. Ik krijg er al helemaal zin in!
Ja, denk daar maar eens over na!
Je hoeft niet in zee te zwemmen om een kwal te zijn…
Stond geschreven op een stuk hout op het strand.
Als niets mij tegenhield
Als niets mij tegenhield, dan zou ik duizend foto’s maken, duizend foto’s van jouw lach. Dan zou ik een wereldreis maken, totdat ik alles heb gezien wat ooit in mijn dromen voorbij is gekomen. Dan zou ik honderd films huren, waar ik heel hard om kan lachen. En er dan elke dag een afspelen. Dan zou ik net zolang rennen tot ik niet meer kan, zonder te kijken waar ik heen ga. Dan zou ik met een vriendin in een kledingwinkel allerlei dingen passen totdat we de gekste creatie ooit hebben geproduceerd. En daar zouden we dan een foto van maken. Dan zou ik gaan zwemmen, en kijken hoe lang ik kan blijven drijven. Dan zou ik naar de lucht kijken, een wolk uitzoeken en die wolk achternalopen, waar hij ook heengaat. Dan zou ik een vrachtwagen huren, vervolgens een supermarkt leeg kopen, daarmee de vrachtwagen volladen en vervolgens naar Afrika rijden. Om daar alles uit te delen aan mensen die het écht nodig hebben. Dan zou ik niet alleen naar Afrika gaan, maar naar ieder plekje op deze grote aardbol, waar het maar nodig is. Dan zou ik de zonsondergang op duizend verschillende plaatsen willen zien, en vervolgens concluderen dat hij overal even bijzonder is. Dan zou ik alle huizen een andere kleur geven, om de saaiheid te verbannen. Dan zou ik bloemen geven aan iedereen die lacht. Dan zou ik me verkleden en bij de buren aanbellen, gewoon omdat het kan. Dan zou ik in de trein stappen, met mijn ogen en oren dicht. Om vervolgens gewoon weer ergens uit te stappen. En dan maar kijken waar je terecht bent gekomen. Dan zou ik een watergevecht willen houden, met iedereen die zich daar ook nog niet te oud voor voelt. Als niets mij tegenhield, dan zou ik alles doen waarvan ik ooit heb gezegd: dat doe ik later misschien nog wel eens. Maar wat houdt mij eigenlijk tegen?
De strandwandeling
Vandaag gingen we voor het eerst sinds lange tijd weer eens uitwaaien op het strand. Dit was één van onze vaste familie- uitjes, in de tijd dat mijn broertjes en ik nog de leeftijd hadden dat we over alle tijd van de wereld beschikten. Mijn jongste broertje heeft die leeftijd nog wel, maar mijn oudste broertje en ik zijn toch wel enigszins veranderd. Maar goed, vandaag gingen we dus, nadat we ons als een eskimo hadden aangekleed, wat volgens mijn moeder nog wel eens van pas kon komen. Het waaide hard, de golven waren hoog, het was gelukkig opgehouden met regenen en de zon brak door. Een regenboog in de verte maakte het plaatje compleet. Vastberaden begonnen we naar de regenboog toe te lopen. Ik tuurde ondertussen over de zee. Toen ik klein was, probeerde ik altijd een glimp van Groot- Brittannië op te vangen. Land, waarvan ze me hadden verteld dat het er was, maar wat ik nog nooit echt had gezien. Als klein kind tuurde ik een eind weg, maar zien kon ik het nooit. Het had iets magisch. Nu ik ouder ben en er zelf een keer ben geweest, is het niet meer zo magisch. Ergens vind ik dat jammer. Ik kijk naar mijn voeten die af en toe een schelp verpletteren. Ik zoek naar een mooie, die de moeite waard is om mee te nemen, maar als ik er een vind, laat ik hem uiteindelijk toch liggen. Vroeger had ik hem meegenomen. Dingen veranderen, denk ik. Ik kijk naar mijn broertje die een eind voor me uit loopt, en ik ga hem snel achterna. Op naar de regenboog.
Dromenwaterval
til me op, tot ver boven de wolken
neem me mee, ver weg van hier
leid me naar die plaats waar
alle tegenstellingen samensmelten
tot een grote bol van gelijkheid
waar de lucht een dieprode kleur kent
waar de zee zich drenkt in doordringend groen
waar de vaalroze wolken de dag tevoorschijn toveren
en het zonlicht ons als een moeder omarmt
om ons vervolgens nooit meer los te laten
lichtblauwe stralen raken je haar
een nevel van mist daalt op ons neer
maar het licht laat zich door niemand tegenhouden
en verwarmt ons temidden van al de kleuren
die in de echte wereld dreigen te vervagen
maar hier, in deze waterval van dromen
hier, waar niemand alleen is
hier, waar niemand zich ooit hoeft te scheiden
van degene van wie hij houdt
hier regent het geen regen, maar liefde
hier hagelt het geen stenen, maar hoop
hier,
laat me hier eeuwig blijven
De kantlezer- Brunonia Barry
Dit boek werd door Susan Smit omschreven als “afwisselend lichtvoetig en onheilspellend”. Dit zijn naar mijn idee precies de goede woorden om het verhaal te omschrijven.
Towner Whitney keert na twintig jaar terug naar haar geboortestad Salem. Haar geliefde oudtante Eva wordt vermist en blijkt onder mysterieuze omstandigheden te zijn verdronken. Als Towner op onderzoek uit gaat wordt ze geconfronteerd met vergeten herinneringen uit haar jeugd en met een mystieke gave die ze van haar moeder gekregen heeft. Wanneer er nog een vrouw verdwijnt, laait een oude vete op tussen de besloten vrouwengemeenschap op het eiland voor de kust en de conservatieven in Salem. Towner moet haar gave aanwenden om levens te redden, maar zal daarvoor eerst de waarheid over haar eigen jeugd onder ogen moeten zien.
Deze geboorteplaats is Salem, een plek die al eeuwen bekend staat om de heksenvervolgingen die er in de 17e eeuw plaats vonden. Het verhaal speelt zich af in de jaren negentig, maar af en toe lijkt het alsof je weer terug bent in die 17e eeuw, compleet met hekserij, magie, en beschuldigingen.
Dit verhaal samenvatten is niet makkelijk, aangezien er van alles door elkaar heen wordt verteld en de gebeurtenissen vanuit verschillende perspectieven worden belicht. Towner komt terug naar Salem omdat haar geliefde oudtante Eva wordt vermist. Zij blijkt uiteindelijk op mysterieuze wijze te zijn verdronken. Towner beschikt over een bijzondere gave, ze kan gedachten lezen en heeft vaak visioenen en hallucinaties, waarvoor ze in het verleden ook in therapie is geweest. Towner wordt na Eva’s dood ook vaak geconfronteerd met gebeurtenissen uit haar jeugd, zoals de zelfmoord van haar tweelingzus Lindley toen zij beiden 17 waren. Het is nu echter zaak voor Towner om uit te vinden wat er precies met Eva is gebeurd, maar daarbij speelt de waarheid een spel met haar en wordt ze gigantisch op de proef gesteld. Door het verhaal heen vormt het kantlezen een leidraad; een aantal van de ‘heksen’ van Salem beschikten over de gave om kant te kunnen lezen, dat wil zeggen dat ze iemands toekomst kunnen zien in de patronen van een stuk kant wanneer ze dit voor het gezicht van die persoon houden. Ook Towner beschikt over die gave en het lijkt alsof zij het eigenlijk helemaal niet wil kunnen, vooral als ze hierdoor getuige wordt van verschrikkelijke beelden..
Uiteindelijk blijkt wat Towner in haar jeugd heeft beleefd, verre van de waarheid te liggen.. Je zweeft als lezer rond tussen twee werelden; Towner’s surrealistische, zwevende, onheilspellende wereld en de echte wereld, waarin de verhoudingen heel anders liggen maar waarin niets minder onheilspellend is.
Dit boek moet je echt lezen om alles te kunnen volgen en begrijpen, en geloof mij, je hebt alle reden om dit ook echt te gaan doen. Het is tegelijkertijd mooi maar verschrikkelijk, werkelijk maar toch onwerkelijk, meedogenloos maar vooral meeslepend, en het einde is heel onverwacht.
how to.. create some space when your room is just to small for all your stuff
Het is weer tijd voor wat nieuws. Aangezien ik zelf tijdens een grote opruimbeurt in mijn kamer tegen een aantal problemen ben gestuit, heb ik besloten een nieuwe rubriek te openen waarin ik wat alledaagse problemen voorleg die vragen om creatieve oplossingen. Daarbij hoop ik natuurlijk op creatieve reacties!
Goed.. Zo gezegd, zo gedaan. De ‘How to..?’- rubriek is geboren en hierbij dan mijn eerste ‘probleem’. Ik ben mezelf er aardig van bewust geworden dat ik teveel spullen heb. Meer spullen dan mijn, niet kleine, maar ook niet grote, kamer aan kan. Nu heb ik uiteraard een hele lading zooi weggedaan, weliswaar met pijn in mijn hart, maar het was echt nodig. (Nee, ik ben niet materialistisch?) Maar alsnog heb ik opslagruimte te kort. Balen. Volgens mijn moeder moet mijn uit de kluiten gewassen kledingkast (true..) groot genoeg zijn om een enorme hoeveelheid spullen te kunnen herbergen (eveneens waar), maar blijkbaar heb ik een rotzooiverzameling van bovengemiddelde grootte. Ik vind het al een wonder dat alleen m’n kleding al allemaal in die kast past. Let wel dat deze verzameling almaar blijft groeien (geen idee hoe dat kan) maar toch weet mijn kast het allemaal te herbergen. Nu is het ook zo dat mijn boekenverzameling danig in aantal begint toe te nemen. Dat was vooralsnog geen probleem, aangezien ik naast een boekenkast(je) ook nog vier grote opbergdozen vol met boeken kon stoppen. Maar nu zit alles vol. En vol is, helaas nog altijd, vol. En nee, er is géén plek voor nog een kast. Echt niet, hoe graag ik het ook zou willen, maar ik wil graag ook nog de deur open kunnen doen. En dan komt er ook nog eens bij dat bepaalde huisgenoten liever niet hebben dat ik gaten in de muren ga boren voor eventuele extra boekenplanken. Dus, wat nu? Een ondergrondse gang graven en daar nog een kast neerzetten? Nog een verdieping op het huis bouwen en die omtoveren tot opslagplaats? Een eigen huis kopen? I don’t know, maar ik weet wel dat ik realistisch moet blijven. Én dat ik m’n spullen (afgezien van de spullen die ik allemaal al heb weggegooid) echt wil houden..
Kamer 16 – Maureen Johnson
Dit boek heb ik van mijn moeder gekregen, een hele tijd geleden alweer. Zo op het eerste gezicht dacht ik dat het misschien een beetje een kinderachtig boek was, maar met het advies aan mezelf om vooral geen vooroordelen over een boek te hebben, ben ik begonnen met lezen.
Maureen Johnson is de schrijfster van dit boek en zij is eveneens de schrijfster van bestseller “13 enveloppen & 1 rugzak”. Het verhaal gaat over het meisje Scarlett, dat in Amerika woont, waar haar ouders een hotel runnen. De zomer breekt aan en terwijl al haar vriendinnen boeiende reizen door heel de wereld gaan maken, wordt zij geacht thuis te blijven en de handen uit de mouwen te steken in het hotel. Hier ziet ze behoorlijk tegenop en ze hoopt dan ook dat er tenminste nog íets leuks op haar pad komt. Dit is uiteraard het geval. Scarlett mag zich gedurende de zomer ontfermen over kamer 16, dat wil zeggen, alle gasten die hierin verblijven vallen onder haar hoede. Dit is een traditiegetrouw: wanneer een telg van de familie vijftien jaar wordt, krijgt hij of zij de sleutel van één van de kamers van het hotel. Het lot wil dat er een oude, streng- ogende mevrouw in komt te logeren. Scarlett ziet haar zomer alweer aan zich voorbij vliegen, tot blijkt dat deze mevrouw niet zomaar de eerste de beste Amerikaanse vrouw is. Er volgen allerlei vreemde opdrachten die Scarlett moet uitvoeren, en ze begint het na verloop van tijd bijna leuk te vinden. Via deze vreemde mevrouw komt Scarlett ook nog eens in aanraking met een jongen, waardoor er ook nog de nodige opwinding in het verhaal plaatsvindt.
Ik moet toegeven dat ik het een erg leuk verhaal vond. Het is geen hoogstaande literatuur, maar dat is ook niet altijd noodzakelijk, toch? Het verhaal is leuk geschreven, er gebeurt heel veel en meerdere malen ging ik natuurlijk weer helemaal op in de situatie. Mocht je zin hebben in een leuk verhaal, waarin de hoofdpersoon in allerlei vreemde en onverwachte situaties beland en waarbij continu je aandacht vastgehouden wordt, dan is dit zeker een aanrader!
De drie seconden van onwetendheid
Weet je wat ik bedoel als ik het heb over die paar seconden nadat je wakker wordt? Die paar seconden waarin je hersenen nog niet goed functioneren, waarin je eigenlijk nog helemaal niets denkt? Twee of drie seconden waarin je je niets kunt herinneren van wat er gisteren of de dag ervoor ook alweer gebeurd is, of wat je vandaag allemaal nog moet doen. Ik kan je vertellen, dit vind ik het heerlijkste moment van de dag. Heerlijk om je nog even nergens van bewust te zijn, even geen zorgen, geen drukte. Want wat hebben mensen tegenwoordig veel aan hun hoofd. Te veel, als je het mij vraagt. Ken je dat benauwde gevoel dat je krijgt wanneer je zojuist twintig mental notes hebt gemaakt van dingen die snel moeten gebeuren? Brr. Nee, geef mij maar die drie geweldige seconden, waarin je nog in een staat van onwetendheid verkeert, waarin de wereld gewoon doorgaat zonder dat je ook maar iets doorhebt. Ja, die seconden zijn onmisbaar en ongetwijfeld noodzakelijk voor een mens dat gedwongen wordt te leven in een maatschappij als deze. Ik zou niet zonder kunnen. Jij wel?
Drie dagen in Kopenhagen! #3
Ik had al zo’n voorgevoel: deze stedentrip kon niet voorbijgaan zonder een of andere domme actie. En ja hoor, daar was hij. Ik had niet verwacht dat ik, of Ilona, tot zoiets in staat zou zijn, maar dus toch. Ik schaam mij nog steeds diep. Het was namelijk zo dat we een hele planning hadden gemaakt van wat we per dag wilden doen. De laatste dag zou bestaan uit een bezoekje aan de wijk Vesterbro en het kopen van eventuele cadeautjes voor thuis, en nog een bezoekje aan de Glyptotek (een museum, dat we alleen van de buitenkant hebben bekeken) plus bijbehorende tuin. We hadden al redelijk vroeg de wekker gezet en vol goede moed en zin begonnen we aan onze laatste dag in Kopenhagen. We liepen door de wijk Vesterbro, waarbij we weer allerlei verborgen straatjes, mooie kerken en leuke zaakjes tegenkwamen. We deden nog een rondje Radhusplads, en liepen opnieuw de Stroget door. (al zeker voor de vijfde keer) We vonden een hele leuke winkel, genaamd Tiger, waar we cadeautjes vonden voor iedereen. We waren in één keer klaar! De winkel was relatief goedkoop: voor 10 of 20 kronen had je van alles en nog wat. (lees: ongeveer tussen de 2 en 4 euro) Tiger is niet echt te vergelijken met een Nederlandse winkel, maar het komt nog het meest in de buurt van een kruising tussen de Xenos en de Action, maar dan veeel opgeruimder, en leuker! Ook brachten we nog een bezoekje aan het bekende pretpark Tivoli (we kwamen niet verder
dan de stoep voor de ingang, hoor, wegens tijdgebrek) wat er in zijn Halloween-jasje erg leuk uitzag.
Rond een uurtje of 3 hadden we een zodanige pijn in onze ledematen en rug dat we besloten om terug te keren naar onze hotelkamer, om nog een beetje uit te rusten. We hadden nu alles wel gezien, we hadden afscheid genomen van de Nyhavn en de Stroget en alle andere plaatsen in het centrum van de stad die ons al zo vertrouwd waren geworden. Ja, het zat erop. We waren al halverwege de terugweg naar het hotel, toen ik plotseling een onaangename ontdekking deed. Van schrik stond ik doodstil en keek Ilona met grote ogen aan. We hadden voor 11 uur vanmorgen uit moeten checken! Oeps. En we hadden nog amper onze spullen ingepakt! Oeps. Noch Ilona noch ik had er ook maar een seconde bij stilgestaan. Hoe kun je zoiets vergeten?! Vraag ik me nog steeds af..
We haastten ons als een gek naar het hotel, plotseling op de hielen gezeten door de zenuwen. Wat zouden ze zeggen? Zouden ze het door hebben gehad? Nou, dat hadden ze. Met een afkeurende blik toverde de receptionist onze bagage van achter de receptie vandaan. Onze losse spullen hadden ze in een grote plastic zak gestopt en onze etensvoorraad was in de prullenbak beland. Gelukkig hoefden we niet voor een dag extra te betalen. Met een “It’s ok.” nam de receptionist afscheid van ons, en daar stonden we, met onze koffers in de hal van het hotel. Nog twee uur te gaan voordat het tijd was om naar het vliegveld te verkassen. We besloten even in de hal van het hotel neer te strijken, waar we nog gedurende ruime tijd erg hard om onszelf hebben zitten lachen. Na verloop van tijd zijn we toch maar naar het vliegveld gegaan. Ons verblijf zat er nu echt op!
Ons mooie KLM- vliegtuig bracht ons weer terug naar Schiphol, waar mij nogmaals een onaangename verrassing wachtte. Mijn koffer weigerde nog langer optimaal te functioneren, aangezien hij tijdens de vlucht klaarblijkelijk nogal wat stootjes had opgelopen. Deuken, kreukels, breuken en scheuren, een kapotte rits, het was allemaal aanwezig. Dit vond ik wel erg jammer, maar goed, een koffer is ook geen eeuwig leven beschoren.
Na de rit van Schiphol naar huis was het voor ons tijd om ons eigen bedje weer op te zoeken. En daar had ik geen enkele moeite mee! Hoewel het een zeer geslaagde en gezellige trip was, was ik doodop en kon ik een slaapje goed gebruiken! De volgende dag zou de wekker immers weer om 7 uur afgaan, aangezien ik naar college moest: het echte leven is weer begonnen..!